Zondag 6 februari 14.30 uur
Ps. 33: 6
Ps. 33: 7
Lukas 4: 31-44
Ps. 40: 1
Ps. 40: 2
Ps. 40: 3
Ps. 103: 2
Thema: Een zieke schoonmoeder:
- Opgedragen
- Opgezocht
- Opgericht
Citaat: ‘Eenmaal opgewekt uit de dood der zonde door Zijn machtige hand en gewassen in Zijn kostbaar bloed, zullen zij voortgaan Hem te dienen tot het einde van hun leven. Zij zullen kracht hebben om de wereld te overwinnen en het vlees te kruisigen en de duivel te weerstaan. Laten ze maar beginnen en zij zullen voortgaan. Jezus kent absoluut geen half genezen kwalen en geen half gedaan werk. Laat hen vertrouwen op Jezus en voorwaarts gaan. De verzoende ziel zal altijd in staat worden gesteld Christus te dienen’. J.C. Ryle.
Belijdenis: art. 24 NGB:
(…) Zo is het dan onmogelijk dat dit heilig geloof ledig zij in den mens; aangezien wij niet spreken van een ijdel geloof, maar van zulk een, hetwelk de Schrift noemt een geloof dat door de liefde werkt, dat den mens beweegt om zich te oefenen in de werken die God in Zijn Woord geboden heeft; welke werken, als zij voortkomen uit den goeden wortel des geloofs, goed en bij God aangenaam zijn, overmits zij alle door Zijn genade geheiligd zijn. (…)
Leestip:
Matth. 17 : 14—21 en Luk. 9 : 37-43 (maanzieke jongen)
Matth. 15: 1-28 (genezing dochter Kananese vrouw)
Psalm 116 (ellende, verlossing, dankbaarheid)
Gespreksvragen:
1. De schoonmoeder van Petrus is ernstig ziek. Wat weten wij van deze ziekte? Heeft de duivel ook zeggenschap over het ziekmaken van mensen?
2. Familieleden bidden de Heere Jezus om meer te gaan naar deze zieke vrouw. Wat schrijft Jakobus over het gebed van een kind van God (Jak. 5: 16)? Hoe moeten wij bidden voor onze zieke naasten?
3. Waarom wordt een gebed om genezing niet altijd door de Heere verhoord?
4. Jezus bestraft de koorts. Wat betekent dat?
5. Er staat ook dat de Heere Jezus de vrouw ondersteunde bij het rechtop zitten. Waarom doet Hij dat en wat kunnen wij daarvan leren?
6. Na de genezing gaat de schoonmoeder terstond ‘dienen’. Wat is de geestelijke les hiervan? Zie ook het citaat hierboven uit art. 24 NGB en dat van J.C. Ryle.
Voor de jongste kinderen:
1. Wie was er zo ziek? Antwoord: de (schoon)moeder van: a) Petrus, b) Johannes, c) Jakobus. Welke is juist?
2. De zieke vrouw had heel hoge ………………………….. (vul maar in).
3. Mensen hebben de Heere Jezus gebeden of Hij toch wilde meegaan naar de zieke moeder. Kunnen wij de Heere Jezus nog bidden of Hij wil komen om iemand te genezen? 4. De Heere Jezus ‘bestrafte de koorts’. Dat betekent dat de Heere Jezus sterker is van de z………………………….. en dan de d…………………